Stel: Je hebt je voorgenomen nu eens echt een flinke groei in je kunst in gang zetten. Je neemt je voor om drie keer per week een dagdeel aan het maken van kunst te besteden, zodat je snel vooruit gaat. Je zet de tijdstippen in je agenda.

Ontwikkeling in kunst betekent: verandering. Je ego is meteen alert; hij voelde zich heerlijk met jou als luiaard, en voelt zich nu ernstig bedreigd. Hij ziet dat er een risico is dat je creatief zelfvertrouwen groter wordt. Je ego voelt zich veilig in de bestaande situatie en gaat op een gluiperige manier snoeihard tegen je veranderpogingen in.

Je ego komt meteen in actie als jij de eerste keer je werkkamer binnenloopt. De eerste hindernis die hij opwerpt is weerstand. Je hebt je spullen nog niet bij elkaar gepakt of je voelt je al lusteloos en al je zin verdwijnt. Je voelt ineens een grote aversie tegen kunst, je rommelige werkkamer en nog veel meer. Je wilt iets anders gaan doen, je wilt wég. Je bedenkt dat de badkamer nog schoongemaakt moet worden en dat je dit weekend gasten krijgt. Voor je het weet, sta je te schrobben. Je ego heeft de eerste slag gewonnen: je bent terug bij af en je voelt je weer heerlijk negatief over jezelf, zoals het ego gewend is.

Maar stel nou dat je tóch de weerstand hebt overwonnen en aan de slag bent gegaan. Je bent net bezig met een abstract beeldhouwwerk, als je ego met de tweede hindernis komt: twijfel. Je hoort ineens een stemmetje in je hoofd dat zegt: “Leuk hoor, die steen, maar waar ben je nou eigenlijk mee bezig? Denk je dat iemand hierop zit te wachten? Een steen waarin jij hebt zitten hakken in een poging hem mooier te maken? Dat neem je zelf toch niet serieus? Je maakt jezelf belachelijk. Heb je echt niets beters te doen? Je hebt niet eens talent, je zit jezelf voor de gek te houden!” En weer heeft je ego gewonnen. Hij weet je op je teerste punt te raken, is geslepen en listig.

Maar stel: je geeft niet toe aan die stemmetjes. Je blijft stug doorwerken in je werkkamer. Je ego voelt zich nu echt bedreigd en de twijfel slaat om in angst. Hij zet de derde hindernisverlangen. Na een half uur krijg je ineens onweerstaanbaar verlangen naar een kopje thee en iets leuks. Even op Facebook kijken of Netflixen… voor je het weet zit je achter je beeldscherm. Drie-nul voor je ego. Je gehechtheid aan kortetermijnplezier doet je de das om.

Goed, stel dat je ook stand hebt gehouden tegen deze hindernis van verlangen. Dan blijft alleen ‘pijn’ over en kun je eindelijk groeien. Als je wilt veranderen, dan doet dat pijn. Soms letterlijk (bij het trainen voor sterke buikspieren), soms figuurlijk (als je ineens je kunst gaat tentoonstellen, terwijl je dat doodeng vindt). Die pijn voel je altijd als je een nieuwe gewoonte wilt aanleren of gedrag wilt veranderen, dus ook als je je wilt ontwikkelen in je kunst.

Natuurlijk wil je pijn het liefst ontlopen. Je verzint vaak smoesjes voor jezelf. Je zegt: “Ik heb geen zin, nu even geen inspiratie, het voelt nu niet goed, ik begin straks wel”. Je bedoelt: “Ik ben bang om te falen, bang dat ik het verpest als ik nu doorga, bang dat ik door de mand val”.

Als je volhoudt, voel je je na je eerste gewerkte dagdeel tevreden en super voldaan. Je bent gegroeid, hebt de pijn weerstaan. Je ego past zich aan de nieuwe comfortzone aan en de volgende keer is het gemakkelijker om je dagdeel in je werkkamer aan de slag te gaan. Alleen door pijn kun je groeien!

Hoe je goed kunt omgaan met de hindernissen van je opstandige ego, lees je binnenkort in mijn nieuwe boek: ‘Van creatief Klein Duimpje naar reuzenkunst – met zevenmijlspassen naar jouw meesterwerken’. De illustratie bij dit artikel komt uit het boek en is getekend door Milly Bakker. De vormgeefster is zo goed als klaar, dus het drukken gaat bijna beginnen. Zet het boek maar vast op je Sinterklaas-verlanglijst!