Ik heb zelf geen kinderen, maar door mijn vriend heb ik nu wel twee leuke ‘bonusdochters’. Baby’s vind ik ontzettend lief en schattig en heerlijk om te knuffelen, maar vooral bij een ander, zodat ik weet dat ik weer naar huis mag als ze een schone luier nodig hebben of gaan blèren.

Maar ik heb wel mijn kunst. En kunst leeft, ademt, groeit en verandert net zo goed als een baby of een kind. Ze slaapt, eet en beweegt ergens in me. Ik heb gevoelsmatig een dochter van mijn kunst gemaakt, dat voelde beter dan mijn kunst als zoon te zien.

Mijn kunst lijkt soms ergens in mijn buik te zitten, maar vaak bubbelt ze hoger in mijn borstkas. Soms slaapt ze en is ze een tijdje onvindbaar. Ik vraag me dan af of ze is weggegaan en hoop dat ze weer terugkomt. Maar dan voel ik haar wakker worden en me uitdagen om weer aandacht aan haar te besteden.

Ook jouw kunst is als een kind in je: soms sterk, duidelijk en onmiskenbaar, soms subtiel en stil. Je kunt jouw kind proberen te negeren of weg te drukken. Dat zou misschien eventjes lukken, maar niet lang. Je kunst wil altijd naar buiten komen. Het wil gezien worden, gekend worden.

Zo’n inwendig kind kan ook heel vervelend zijn: je kunst is een van de meest aanhoudende, zeurende stemmen in je. Het smeekt om je aandacht en wil erkend worden.

Je kunst heeft net als elk kind eerst veel liefde, bevestiging en verzorging nodig. Als het groeit en zich ontwikkelt, wordt het een beetje onafhankelijker en heeft minder pamperen nodig. Het kan als tiener gaan rebelleren: het wil de hele nacht opblijven en dwarse dingen doen. Het maakt dan niet uit of jij, als volwassene, het leuk vindt. Juist door dat rebelleren kan het ontdekken wie het werkelijk is.

Een kind houdt ook van spelen. Vrij doen waar het zin in heeft, spelen met kleuren en vormen. Daardoor ontwikkelt het zich op allerlei gebieden.

Net als een kind zal je kunst er altijd zijn en nooit je hart verlaten. Het is een deel van alles wat je doet. Verzorg je kunst daarom goed. Pas dan kan hij of zij floreren. Dat is absoluut niet egoïstisch, integendeel, dat is een van de belangrijkste dingen die je kunt doen.

Besteed veel qualitytime aan je kunst. Investeer in je kunst. Het is het waard. Hoe meer je investeert, hoe meer je kunst in staat zal zijn te groeien, zichzelf uit te drukken en steeds meer te winnen aan zeggingskracht. Voed je kunst, wees gul, overspoel het met liefde en aandacht. Geef het zijn eigen ruimte in je huis, en geef het vooral veel tijd. Koop dingen waar je kunstkind van kan leren: goede materialen, mooie kunstboeken, trainingen en ervaringen.

En allerbelangrijkst: bescherm je kunst. Laat niemand kwaadspreken over je werk, zodat het zich gaat terugtrekken. Sta het anderen niet toe je kunst naar beneden te halen of er commentaar op te hebben. Als je goed weet hoe jouw eigen, unieke kunst er ideaal gesproken uitziet, luister dan alleen naar kritiek van mensen die je goed kennen en die weten waar je naartoe groeit. Wat anderen over jouw kunst zeggen, zegt vooral iets over die mensen zelf, niet over jouw kunst.

Bescherm je kunst door er toegewijd aan het te werken. Behandel het als iets waardevols, want dat is het, voor jezelf en voor anderen.

Hoe ga jij om met je kunst? Ik ben benieuwd!